Meer ondernemerschap en zelfredzaamheid voor meer welvaart (N/F)
( texte en français en bas de page – publié dans levif.be )
De strijd tegen de fiscale fraude is het monster van Loch Ness van de Wetstraat. Bij elke begrotingsopmaak is het een klassieker. Met de regelmaat van een klok lost ook de minister van Financiën nieuwe fraudebestrijdingsmaatregelen, meestal ingesproken door Europa en ook het parlement grossiert in stoere voorstellen. Versta me niet verkeerd: wie fraudeert en bijgevolg in de zakken van andere belastingbetalers zit moet bestraft worden. Als kern voor een toekomstgericht fiscaal beleid is het wat magertjes. Moeten we ook niet kijken hoe we de noodzaak tot het heffen van meer belastingen kunnen inperken?
De minister van Financiën heeft een fiscale hervorming op de tekenplank. Zo’n brede hervorming is noodzakelijk, maar de uitgangspunten moeten juist zitten. Een brede fiscale hervorming moet een hefboom zijn om administratief te vereenvoudigen in plaats van alles ingewikkelder te maken. Dusniet langer hoge tarieven en lage drempels compenseren met een breed arsenaal van gunstmaatregelen zoals bekomen door de meest biedende lobbygroep. Of ook niet Europese regelgeving aandikken door ‘goldplating’. Dit zal belastingontwijking en commercieel uitgebate fiscale spitstechnologie minder ruimte geven. Het zal uiteindelijk ook leiden tot minder kosten voor ondernemingen en burgers en zo het moreel draagvlak voor een billijke afdracht aan de overheid verhogen. Ook dat betekent ‘rechtvaardige fiscaliteit’.
Ook moeten we ons overheidsbeslag terugdringen tot minder dan 50%. De voorbije jaren is dat overheidsbeslag – niet alleen bij ons maar ook elders in Europa – verder omhooggegaan. Maar stegen de kwaliteit van de dienstverlening en de tevredenheid van de burger in dezelfde mate? De overheid heeft tijdens de diverse crisissen van de afgelopen 15 jaar burgers en bedrijven geld toegestopt onder het mom van allerlei steunmaatregelen. Steeds meer lijkt men van de overheid te verwachten dat zij de laatste steun en toeverlaat is bij elke tegenslag of crisis. Hierbij vergeet men dat de factuur ervan wordt opgestuurd naar de volgende generaties en dat de oplopende inflatie bij lage rentes inmiddels als stille vermogensbelasting geldt.
Overdaad schaadt. Dat geldt ook voor overheden. Door zich met alles te willen bezighouden verliest ze de focus op wat haar kerntaken zijn en levert ze middelmatige dienstverlening voor een te hoge prijs. Ze doet ook een overdadig beroep op externe consultants met negatieve impact op de eigen performantie en motivatie van de eigen administratie. Ze begraaft al te veel de dynamiek van burgers en ondernemers onder een lawine van regels. Een bankrekening openen wordt soms een huzarenstuk, beroep doen op accountants en adviseurs vereist omslachtige screenings en validatieprocedures. Banken veranderen in papiermolens.
Hoog tijd dus om de ondernemingsgeest en de zelfredzaamheid van bedrijven en burgers weer hoog in het vaandel te plaatsen. Zo’n mental shift klinkt misschien minder mooi dan een zoveelste stoere antifraudemaatregel, maar zal op termijn meer bijdragen. Enkel zo kunnen we de welvaart van vandaag eerlijk verdelen en die van onze kinderen voorbereiden.
Christian Leysen & Kathleen Verhelst, Ondernemers
Leden Federaal Parlement voor Open Vld
Plus de responsabilité pour plus de prospérité
La lutte contre la fraude fiscale est le monstre du Loch Ness de la rue de la Loi. C’est un grand classique de chaque confection du budget. Avec la régularité d’une horloge le ministre des Finances lance à chaque fois de nouvelles mesures antifraude, généralement soufflées par l’Union européenne, et le parlement fait également des propositions musclées. Ne vous méprenez pas: quiconque commet une fraude et vole dans les poches d’autres contribuables doit être puni. Mais si c’est ça le noyau dur d’une politique budgétaire tournée vers l’avenir, c’est un peu mince. Ne devrions-nous pas également examiner comment nous pouvons limiter la nécessité de prélever plus d’impôts?
Le ministre des Finances planche sur une grande réforme fiscale. Une réforme d’une telle ampleur est nécessaire, mais les axiomes de départ doivent être corrects. Une vaste réforme fiscale devrait être un levier pour simplifier l’administration plutôt que de rendre tout plus complexe. Ne plus compenser les taux élevés d’imposition ni les seuils bas par un large arsenal de mesures de compensation, comme l’ont obtenu les groupes de pression les plus influents. Et arrêter le goldplating (vouloir en faire plus que requis) lors de la transposition des directives de l’Union européenne. Cela permettra moins de marge de manœuvre à l’évasion fiscale et à l’utilisation de l’ingénierie fiscale exploitée à des fins commerciales. En fin de compte, cela entraînera également une réduction des coûts pour les entreprises et les citoyens et augmentera ainsi la justification morale à une contribution équitable au fonctions de l’état. Cela fait aussi partie du concept de “fiscalité équitable”.
Nous devons aussi avoir l’ambition de réduire les prélèvements de l’état (dans son ensemble) à moins de 50% du produit national brut. Ces dernières années, cette ponction par les différentes instances étatiques – non seulement dans notre pays, mais aussi ailleurs en Europe – a continué d’augmenter. Mais la qualité du service et la satisfaction des citoyens ont-elles augmenté dans une mesure équivalente? Au cours des différentes crises des 15 dernières années, le gouvernement a donné de l’argent aux citoyens et aux entreprises sous le couvert de toutes sortes de mesures de soutien. De plus en plus de gens semblent s’attendre à ce que le gouvernement agisse en dernier recours et soutienne tout un chacun à chaque revers ou crise. Les gens oublient que la facture est envoyée aux générations suivantes et que la hausse de l’inflation – lorsque les taux d’intérêt sont bas comme actuellement – agit comme un impôt sur la fortune silencieux.
L’excès nuit en tout. Cela s’applique également aux fonctions de l’état. En voulant se mêler de tout, elles perdent de vue leurs tâches principales et fournissent un service médiocre à un prix trop élevé. Elles font également recours de façon abusive à des consultants externes, ce qui a un impact négatif sur leurs propres performances et sur la motivation de leurs propres administrations. L’état cadenasse trop la dynamique spontanée des citoyens et des entrepreneurs par une avalanche de règles. L’ouverture d’un compte en banque devient parfois un exploit, faire appel à des comptables et à des conseillers est devenu sujet à des procédures et vérifications préalables pour pouvoir en beneficier. Les banques sont devenues des usines à paperasses à tout bout de champ pour éviter des amendes administratives. Entreprendre devient une épreuve au lieu d’un moyen d’épanouissement.
Il est donc grand temps de remettre en haute estime l’esprit d’entreprise et l’autonomie d’action des entreprises et des citoyens. Un tel changement de mentalité peut sembler moins sexy qu’une énième et fracassante mesure antifraude, mais il fera la différence pour une société prospère et solidaire à long terme. Ce n’est qu’ainsi que nous pourrons créer la richesse, la répartir équitablement et contribuer au mieux à celle de nos enfants.
Christian Leysen et Kathleen Verhelst, Entrepreneurs
Membres du Parlement fédéral Open Vld