← Terug naar alle artikels

COP28 : waar het Westen op de nieuwe realiteit botst

De 28ste editie van de COP (VN-vergadering, afkorting van ‘conference of parties’) vond dit jaar plaats in de 3 miljoenen inwonersstad Dubai. Traditiegetrouw verhuist men telkens van continent en nu was Azië aan de beurt. Op de site van Expo 2020, dus prima gehuisvest met architectuur van hoog niveau en professionele omkadering. Voor mij na Glasgow en Sharm-el-Sheikh de derde (en laatste) deelname als voorzitter van de commissie Energie & Klimaat. Wat neem ik mee na drie dagen uitermate gevuld programma.

  1. Wij onderschatten de geopolitieke rol van het Midden-Oosten en de Emiraten in het bijzonder. Voor velen nog het beeld van Arabieren in tenten, met kamelen en veel olie-geld. De Emiraten tellen vandaag 11 miljoen inwoners, waarvan slechts 1 miljoen Emirati. Slechts 10% van hun inkomsten komt uit fossiele brandstoffen. Dubai is de handelsplaats bij uitstek waar West en Oost zich treffen, maar heeft – ook door zijn centrale strategische ligging, lange termijnvisie, doelgericht investeringsbeleid en een ‘no-enemy’ buitenlands beleid – een strategische plaats ingenomen in de wereld van vandaag. Ook voor België een aandachtspunt in zijn bilaterale betrekkingen.
  2. Wat de CO2-uitstoot betreft, bepalen China, de Verenigde Staten en Indië de agenda als grootste boosdoeners, verantwoordelijk voor de helft van de totale uitstoot. Hierbij niet te vergeten dat de VSA hun productie in fossiele brandstoffen de voorbije jaren sterk hebben opgedreven (schaliegas & olie-export). Gezien de problemen van luchtvervuiling in China en Indië lijken beiden bewust van de uitdaging, maar kampen ze met het verzorgen van hun eigen bevolking voor meer energie-gebonden welstand. China neemt de voortouw in de ‘revival’ van kernenergie. Het bezoeken van de verschillende landenpaviljoenen tijdens de COP leert soms meer over de acties en agenda’s dan de hoogdravende conferenties van beleidsmakers.
  3. Waterstof is voor velen het Walhalla, waar het enthousiasme echter niet alleen voor mij maar ook voor vele kenners ver boven het te verwachten impact en rendement ligt. Waterstof heeft zeker potentieel en zal een belangrijke plaats kunnen innemen, maar dat betekent keuzes en gerichte investeringssubsidies. De energieleveranciers van ‘moleculen’ rekenen om hun leidingen te kunnen omturnen van olie & gas naar waterstof en afvoerkanalen voor CO2: de kostrpijs van deze transtie vereist belangrijke investeringen en kostprijs mogen we niet onderschatten. Een subsidieregen aan te veel projecten kan eerder schadelijk dan bevorderlijk zijn. Keuzes op Europees niveau zijn een must.
  4. Klimaat is big business als je moet vaststellen hoeveel bedrijven – van energieproducenten tot industrie over consultants – aanwezig zijn om zich achter de kar van klimaat en energietransitie te scharen. Beleidsmakers baden in een technocratisch en voluntaristisch woordgebruik (stocktake, triple renewables, double down use) en een ongebreideld financieel verwachtingspatroon fondsen te kunnen mobiliseren voor mitigation, adaptation en compensatie van loss & damage.
  5. De COP mag geen uitgebreide VN-algemene vergadering annex handelsbeurs worden. De voorbije jaren worden gender-issues, armoede en nu ook gezondheid aan de agenda toegevoegd. Alsof er maar één uitdaging bestaat die alles overkoepelt. Over oorlog en zijn klimaatschade wordt zedig gezwegen. Beperk het aantal deelnemers, het aantal dagen en beperk de agenda. De locatie van de volgende editie ligt nog niet vast. ‘Oost-Europa’ is aan de beurt, maar met de oorlog in de regio ligt Bonn, hoofdzetel van de organiserende VN-instantie op de tongen. Wellicht een goede gelegenheid om zich te concentreren op de essentie: hoe resultaten boeken. (Toevoeging : onderussen werd Azerbaijan gekozen ten nadele van Bulgarije en Armenie))

Persoonlijk apprecieerde ik steeds de gesprekken in de rand van de conferentie met collega- parlementsleden en van andere landen en ideologische strekkingen. Wij hebben in België weliswaar een internationaal alom geprezen eerste minister, een gedreven Minister van Energie, gemotiveerde beleidsmensen en heel wat sterke bedrijven en inventieve ondernemers, maar er valt altijd wat te leren van anderen. En sterke resultaten kan je best neerzetten via samenwerking. Want bestaande financiële middelen kan je maar één keer uitgeven, en de volgende generatie beladen met nog meer schulden is moreel onverantwoord.

De Cop28 was niet alleen de zoveelste vaststelling dat het Westen de groeiende rol van het Oosten moet aanvaarden, maar gerust wat afstand mag nemen van het belerend wijsvingertje.