← Terug naar alle artikels

“Het is te gemakkelijk om aan de zijlijn te blijven”

(Interview Trends 18 januari 2024)

@frankyverdickt

Als Beerschot-supporter weet hij wat het is om niet akkoord te gaan met het beleid, maar de club toch trouw te blijven. Hetzelfde gevoel heeft ondernemer Christian Leysen soms over de politiek. “Politiek is mensenwerk. Het is niet perfect, het is soms langdradig en frustrerend. Maar ik roep iedereen op om zich te engageren. Een democratie kan onmogelijk goed functioneren als iedereen aan de kant blijft staan om te roepen hoe slecht diegenen op het veld zijn.” DIRK VANDENBERGHE FOTO’S FRANKY VERDICKT

Zijn privékantoor laat mooi zien dat Christian Leysen veel meer is dan een ondernemer of een politicus. Er staat een piano, en voor de boekenkast vol kunstboeken ook een pupiter met enkele partituren voor de saxofoon waar hij naar eigen zeggen veel te weinig tijd voor heeft. En er hangt kunst aan de muur, werken die Leysen zelf heeft gemaakt.

Hij volgde les aan de kunstacademie in zijn woonplaats Berchem en hij concentreerde zich op tekeningen en schilderijen met (historische) documenten als ondergrond en basis. Zo hangt er in de bijkeuken, die is ingericht als schildersatelier, een schilderij van koningen Filips en Leopold II, met als basis een resolutie die Leysen samen met Kristof Calvo opstelde om de koninklijke schenking te hervormen, een document dat uiteindelijk nooit formeel is ingediend maar wel het Paleis bereikte. Ook hier is de politiek dus nooit ver weg, al noemt Leysen het schilderen wel een ideale uitlaatklep. “Het parlement is toch een cocon. Als je daar te lang in blijft hangen ben je alleen maar bezig met regels en wetten. Kunst gaat over het volledige leven, het schenkt een andere, minder materialistische kijk op de wereld.”

Leysen hoopt er na afloop van zijn mandaat in de Kamer opnieuw meer tijd voor te hebben. “Naast schilderen wil ik ook weer meer gaan reizen, dat is een andere passie. En meer tijd vrijmaken voor mijn echtgenote en  familie. Ik word zeventig, ik heb elf kleinkinderen, dus er is genoeg te doen. De politiek is een zeer boeiende ervaring, maar het is nu tijd om af te ronden.”

Eigenlijk was het niet echt de bedoeling dat Christian Leysen nog eens in het parlement zou verzeilen. Bij de vorige verkiezingen stelde hij zich beschikbaar voor een plaats als lijstduwer op de Kamerlijst van Open vld in Antwerpen. Maar toen zijn vriend en beoogd lijsttrekker Philippe De Backer alsnog koos voor een carrière in de privésector, werd Leysen naar de kop van de lijst gekatapulteerd, al zocht toenmalig voorzitter Gwendolyn Rutten wel nog een tijdje naar het spreekwoordelijk wit konijn. “Toen men dat niet vond, heeft men dan maar voor het grijs konijn gekozen”, grapt Leysen daar zelf over.

Gemotiveerd maar met de nodige distantie en (zelf)relativering, zo vulde hij de afgelopen jaren zijn mandaat in. Zo beschrijft hij het ook in het boek Burgerdienst in de Wetstraat dat vandaag verschijnt. Dat is niet alleen een relaas over zijn eigen tijd als volksvertegenwoordiger, het is ook een kleine cursus Wetstraatpolitiek en een oproep om niet aan de kant te blijven staan. Leysen had op voorhand aangekondigd dat hij slechts één legislatuur zou meedraaien, waardoor hij ontsnapt aan de heksenketel van het campagnevoeren, en niet hoeft te piekeren over zijn populariteit binnen de partij en bij de kiezer. “Ik heb graag campagne gevoerd, ik heb zo veel geleerd over de mensen en mijn provincie, maar één keer is genoeg. Als je op voorhand aankondigt niet deel te nemen aan de volgende verkiezingen, hoef je er niet voor te zorgen dat de schijnwerpers constant op je staan gericht. Terwijl ik als halve backbencher toch mee vorm heb kunnen geven aan belangrijke dossiers, zoals de energietransitie.”

U was eerder gemeenteraadslid voor Open vld in Antwerpen. Toen bent u in 2003 vervroegd opgestapt uit onvrede met het beleid. Heb ik het goed als u deze keer wat milder oordeelt over het politieke bedrijf?

CHRISTIAN LEYSEN. “Waarschijnlijk wordt men met de jaren wat wijzer en milder en ben ik gaan inzien hoe moeilijk het is om een democratie goed te laten functioneren. Politiek gaat om mensen, met mensen, over mensen. En niemand is perfect. Daar moet je leren mee omgaan. Bovendien is het zeker voor een ondernemer interessant om te zien hoeveel verschillende belangen er spelen, iets is nooit zwart-wit. Je moet al die verschillende invalshoeken proberen te verzoenen en toch proberen tot goede beslissingen te komen. We denken vaak dat je kan kiezen uit een juiste en een verkeerde beslissing. Maar dat is niet het geval. Wat is de best mogelijke beslissing voor de hele gemeenschap, dat is de vraag die je als politicus moet proberen te beantwoorden. En dus moet je keuzes maken.”

Dat milde oordeel over het politieke bedrijf gaat wel wat in tegen de tijdsgeest.

LEYSEN. “Wellicht. Maar wil je een echte democratie, weliswaar met compromissen en onvolmaakte oplossingen, of wil je een pendel van uiterst links naar uiterst rechts schippert zonder dat je daarmee vooruit gaat? Dat is ook de reden waarom ik een pleidooi houd zodat meer mensen zich zouden engageren in de politiek. Iedereen zou als een soort burgerdienst zijn steentje kunnen bijdragen tot de goede werking van onze democratie. Het is te gemakkelijk om aan de zijlijn te blijven staan en te roepen hoe slecht het gaat, je kan ook zelf mee voor verandering zorgen.”

U lanceert het als idee, niet als een concreet uitgewerkt plan voor een echte burgerdienst.

LEYSEN. “Iedereen moet dat voor zichzelf invullen. Ik ben ook na mijn vertrek uit de gemeenteraad actief gebleven in de partij. Ook in periodes dat ik niet gelukkig was met bepaalde keuzes die men maakte. Maar ook dat hoort bij een goede werking van een democratie. Het is niet zo dat de ene gelijk heeft en de andere niet. Misschien hebben we beide een beetje gelijk. En je moet aanvaarden, en dat is wellicht het grote verschil met ondernemen, dat je veel meer in team moet werken. Waarbij je ook rekening moet houden met politici die al enkele stappen vooruit denken in hun carrière, voorbij de volgende verkiezingen. Dat is dan het voordeel van slechts één termijn te zetelen, dat je daar voor jezelf geen rekening mee hoeft te houden.”

U schrijft dat een van de grootste moeilijkheden voor ondernemers in de politiek is dat ze van teamleider plots een teamspeler worden, en daar moeilijk mee kunnen omgaan. Maar ondernemen is toch ook steeds vaker teamwerk? Is het beeld van de autoritaire CEO niet allang voorbijgestreefd?

LEYSEN. “Er zijn zeker verschillende soorten leiders, en ondernemen is zeker ook teamwerk. Maar het grote verschil is dat er na alle overleg wel duidelijkheid is over wie de knoop doorhakt. Een premier kan dat niet doen als niet alle partijen in zijn regering akkoord gaan. Ik heb van mijn buurman en partijgenoot Fons Borginon geleerd dat in de politiek niets definitief is tot het is uitgevoerd. Er kan altijd iets tussenkomen, een event, een reportage op televisie. Het emo-gehalte en de impact daarvan op de politiek is toch echt groot. Als er morgen voor de camera iemand van de trap valt in zijn huis, dan liggen overmorgen de wetsvoorstellen klaar over de specificaties van trapleuningen. Ik denk dat we van onze overheid verwachten dat ze te veel op zich neemt, alles reglementeert. Terwijl volgens mij een maatschappij alleen goed kan functioneren als iedereen zijn verantwoordelijkheid neemt. Als je als overheid te veel wilt doen, dan doe je uiteindelijk niets echt goed. Ook hier gaat het om keuzes maken, om je als overheid te concentreren op de kerntaken.”

En dan moet de overheid ook eens naar de eigen organisatie kijken, meent u.

LEYSEN. “Ik roep op om een aantal spelregels te herzien, zeker wat betreft de werking van de Kamer. Ik viel haast van mijn stoel toen ik hoorde dat de Kamer nog altijd geen dubbele boekhouding heeft, dat er geen audit gebeurt van de rekeningen. De leiding van de Kamer is behoudsgezind en heeft weinig ervaring met veranderingsprocessen, dat moet anders. Maar ook het systematisch buitenspel zetten van de administraties door steeds grotere ministerskabinetten te maken, moet volgens mij worden afgebouwd. En ook de partijfinanciering moet worden herbekeken. Het is niet normaal dat partijen met het overtollige geld investeren in vastgoed en kantoren verhuren, of dat we uittredingsvergoedingen kennen die veel te ruim zijn. De Kamer staat niet boven de wet. We moeten het goede voorbeeld geven.”

Dat maken van nieuwe wetten een werk van lange adem kan zijn, dat begrijpen burgers wel. De zaken die u aanhaalt, zoals de vergoedingen en partijdotaties, bevestigen het idee van een kleine groep die uitstekend voor zichzelf zorgt. Waarom is het zo lastig om die zaken aan te pakken?

LEYSEN. “Dat is wellicht menselijk, collega’s die een loopbaan hebben in de politiek hebben dat mee verwerkt in hun verwachtingen. Dan is het lastig om afscheid te nemen van een voordeel dat een collega die vier of vijf jaar eerder is vertrokken wel nog heeft gekregen. Het vraagt een beetje moed om dat te veranderen. Maar ik ben er van overtuigd dat het niet alleen geapprecieerd zou worden door de burgers, maar ook dat het noodzakelijk is, anders maak je het imago van de politiek zelf mee kapot.”

U bent redelijk kritisch voor uw collega’s beroepspolitici, niet?

LEYSEN. “Neen, ik denk dat je beroepspolitici nodig hebt, maar dat er wel meer mensen moeten komen die tijdelijke mandaten opnemen. Want laten we eerlijk zijn, het duurt ook wel een jaar of twee voor je dit vak onder de knie hebt. Daarom moet je nieuwe mensen ook goed begeleiden en omringen. Zodat er een goed evenwicht is tussen beroepspolitici en meer tijdelijke parlementsleden, of gemeenteraadsleden. Ik lanceer wel graag nog een oproep naar mijn collega’s om nog voor de verkiezingen enkele prioriteiten aan te pakken, en niet te wachten tot de volgende legislatuur.”

Kon u als tijdelijk parlementair voldoende eigen accenten leggen, kon u rebels genoeg zijn? U heeft niet het imago van Els Ampe, om maar eens iemand te noemen.

LEYSEN. “Daar bereik je niets mee, dat soort rebelsheid is contraproductief. Ik heb binnen de partij en binnen de fractie wel de naam wat rebels te zijn. Daar kan je je zeg doen, dat is ook de goede plek. Het heeft geen zin om dat naar buiten te brengen, daar bereik je helemaal niets mee. Wat ik wel een paar keer heb gedaan is niet deelnemen aan een stemming als ik het niet eens was met een beslissing. Dat is een elegantere manier. Maar dat kan je ook niet te veel doen, je moet toch een teamspeler zijn.”

Waar bent u het meest trots op, wat heeft u kunnen realiseren de afgelopen legislatuur?

LEYSEN. “Op mijn werk als voorzitter van de commissie Energie en Klimaat. Daar heb ik kunnen wijzen op het belang van kernenergie en de nieuwe kleine reactoren om mee te helpen het klimaatprobleem op te lossen. Kernenergie is een koolstofarme energie bron, naast hernieuwbare energie en is noodzakelijk voor een succesvolle,energietransitie. Deze legislaatuur zal de wet op de kernuitstap slechts marginaal worden aangepast, in de volgende wordt het ongetwijfeld een wet op de kern’overstap’ naar meer nieuwe èn afvalarme nucleaire technologie in ons land. Met de commissie gaan we trouwens nog een eindrapport samenstellen met de punten waarvan we denken dat het volgende parlement  werk moet van maken, zoals het beter afstemmen van de infrastructuur, of het efficiënter beheren en toekennen van subsidies.”

Vindt u het niet jammer dat het echte werk in de commissies vaak minder aandacht krijgt dan het spektakel tijdens het vragenuurtje op donderdag?

LEYSEN. “Dat valt te betreuren, en daar hebben politici en pers een gedeelde verantwoordelijkheid. Maar ik denk dat de aandacht voor het spektakel fundamenteel ongezond is, dat alle nuance erdoor verloren gaat. En helaas, democratie zorgt niet noodzakelijk automatisch voor de goede oplossing, sommige mensen misbruiken het systeem om het eigen belang te dienen en niet het belang van het land, kijk maar naar Donald Trump, maar ook in Europa heb je dat soort figuren. Net daarom ook roep ik iedereen op die kritiek heeft om mee te doen aan de democratie, om als expert en als burger een steentje bij te dragen.”

In Trends-Tendances :